VASTENAVONDAls ik mijn neus opzet, verlies ik prompteen oor. Mijn haar wordt groen als ik het was.Ik ben vergeten waar mijn dinges stondnu ik vergeefs elf onderbroeken pas.Ik maak muziek, zo vrolijk dat ik huil.Ik dans alleen, de optocht maakt mij bang.Ik slaap mijn roes uit in een eenmanskuil.Ik voel waterkoude kussen op mijn wang.Maar ik verrijs, laat dat geloof bestaan.Ik spreek de waarheid met de brakke monddie hangt te zingen aan mijn onderbuik.Het voorjaar komt, ik voel het en ik ruikhet leven smeulen als een lange lont.Ooit volgt de knal. Nu leven! Kraai maar, haan.© Wiel KustersUit: Wiel Kusters,
Zielsverstand, Amsterdam, Querido, 2007
Geen opmerkingen:
Een reactie posten