Koning
Heb niets in je handen, noch
Een herinnering in de ziel,
Dan zal, wanneer de laatste obool
Men je in de handen legt,
En men je handen openvouwt
Niets je ontvallen.
Welke troon wil men je geven
Die Atropos je niet ontneemt?
Welke lauweren die niet welken
Onder Minos' oordeel?
Welke uren die ook jou niet
Maken tot de schaduw
Die je zijn zult als je gaat
De nacht in en naar 't einde van de weg.
Pluk de bloemen maar laat ze
Los eer je ze hebt bezien.
Ga zitten in de zon. Doe afstand
En wees koning van jezelf.
© Fernando Pessoa (1914)
- vertaling uit het Portugees: August Willemsen -
Uit: Ricardo Reis (Fernando Pessoa) Odes/Oden, Amsterdam, De Arbeiderspers, 2002
Geen opmerkingen:
Een reactie posten