Naar binnen
BEMINNEN
Zeer strekt het zich uit naar binnen.
Want zo ver gaat beminnen:
een wijd open land met ginds een man,
een vrouw die naar de einder staart
waaraan een man, een vrouw, een engel.
Het einde verwatert, verdampt, verdwijnt
naarmate je nadert.
Zijn vinger die naar binnen glijdt
vindt instemming. Hij deelt zich uit:
ogen, mond, tong, penis, zaad.
Met hart en ziel raapt zij hem op
en legt hem neer in goede aarde.
Want het grenst nooit.
Ook al slaat de klok ons hard om de oren,
het streeft en het loont.
En heel soms merk je dat er licht brandt
in een huis waar niemand woont.
©
Ivo van Strijtem
Uit: Ivo van Strijtem De mooie Ierse, Amsterdam/Antwerpen, uitgeverij Atlas, 2002
Geen opmerkingen:
Een reactie posten