zaterdag 10 september 2011

Kras


OOGSTEEN



Het was nu. Schrikdraad stond
rond de tuinen der zonde, er moest nog
gehinkeld tussen de lijnen, een scherf geschopt
naar de vakken van morgen, op het plein gebuut bij de linde.
Achter de poort lag het wijde. Het was

nu. Zij verruilde haar stuiters voor stuivers
en zocht naar oogsteen en ziel. Vond toen
haar lichaam, wat daarmee te doen.
En het werd om te blozen zo warm in haar zomer
het werd om te blozen zo warm in oktober: het werd

nu. Op de stoepen verschenen lijnen en vakken
getrokken met krijt, op de pleinen stonden de linden buutvrij
en kinderen schopten scherven opzij, holden naar morgen, vonden
een oogsteen, haalden de stroom van het schrikdraad.
En het werd om te blozen zo koud in november.

Het is nu. Gisteren staat met een blos
achter glas en morgen is een mooie formule
die zich nog moet bewijzen: het is nu. Zij kent
de blink van een oogsteen en de kras erin, zij vertrouwt
alsnog op haar hakken, dat die haar dragen
naar einde en aanvang van alle beweging.



© Hester Knibbe











Uit: Hester Knibbe Oogsteen - een keuze uit de gedichten 1982-2008,
Amsterdam/Antwerpen, De Arbeiderspers, 2009

Geen opmerkingen:

Een reactie posten