dinsdag 22 november 2011

Traanklieren


OVER LIEFDE EN CYAANKALI!




Vraag me niet bij je te komen, in je mansarde,
terwijl je draait - als een leeghoofd draait -
aan de knoppen van het fornuis,
om je eens en voor al te bevrijden
van het gehuil van de oude ovenwolven,
hun ruiende haar
dat onophoudelijk op je armen groeit,
’s nachts, als steenpuisten,
wanneer je diep in je vlees je sigaretten dooft.


Vraag me niet bij je te komen, in je mansarde,
terwijl je knakt - als een leeghoofd knakt -
tussen de bedspijlen,
in de deur, onder de laars,
je scheen- en kuitbeen
- ik hoor ze kraken in mijn mobieltje -
alsof je
het oude jachtgeweer van je vader knakt,
dat te veel plakt om het opnieuw te kunnen laden,
nadat hij zich voor zijn kop had geschoten
en, stuiptrekkend, je deur kapot had getrapt.


Vraag me niet te komen, in je mansarde,
want dan zal ik komen!
En ik zal me het hart uit de borst rukken,
ik zal het bekerven met mijn tanden
en het bestrooien met zout
dat ik met een plat houweel
uit mijn traanklieren heb gewonnen
en ik zal het werpen
zoals je een molensteen werpt,
zodat het je scheen- en kuitbeen zal breken,
- in duizend stukjes! -
zodat het diep in de oven
je ammoniakadem zou opstapelen
en voor immer
je wilde beestenkop zou knakken!



© Linda Maria Baros



In: Revolver nr. 138, 2008


- uit het Frans vertaald door Jan H. Mysjkin -




Linda Maria Baros (1981, Boekarest) is een Frans-Roemeens dichter, essayist, critica en vertaalster. Ze werkt als onderzoeker aan de Sorbonne in Parijs. In 2008 was zij te gast op het Poetry International Festival in Rotterdam. Ze heeft tot nog toe vijf dichtbundels op haar naam, w.o. Het boek van tekens en schaduwen en De Autosnelweg A4 en andere gedichten
De dichtbundel Het huis van scheermesjes (La maison en lames de rasoir) werd bekroond met de Prix Apollinaire 2007.

Meer over haar werk is te lezen op:


foto: Jan Mysjkin 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten