maandag 26 januari 2009
Grote zot
ROTTERDAM
Alleen Erasmus, een mangaanbronzen standbeeld,
dat een blad omslaat op alle hele uren,
lovend de zotten, de dwazen, de narren, de malle
moertjes en stomme vaders,
lovend de morsige, gebogen, ellendige, rimpelige,
kaalhoofdige, tandeloze, godgeleerde grijsaards,
zijn collega's, die zich afvroegen, in alle ernst,
in prismapockets met plastic omslag,
of God de gestalte van een vrouw kon aannemen, van
een duivel, een ezel, een pompoen of een keisteen.
Want, zeiden zij, hoe moet een pompoen gepreekt
hebben en hoe wonderen verricht?
En hoe had hij moeten worden gekruisigd? Gij... gij...
hoe zal ik U anders noemen dan: grote zotten?
29 mei 1527 schrijft hij dan aan Nicolaas Cannius,
Erasmus, de grote putrοpolitaan,
die in Frankrijk woonde, in Italië bij de mensen,
tenslotte in Bazel waar hij stierf:
'Gij moet volgens mij geen kosten maken
Om Holland terug te zien...'
© Riekus Waskowsky
Oorspr. in: Tant pis pour le clown, Amsterdam (1966)
- naderhand opgenomen in Riekus Waskowsky Verzamelde Gedichten -samenst. Rien Vroegindeweij en Erik van Muiswinkel. Met Riekus Waskowsky 1932-1977, een introductie door Gerrit Komrij. Amsterdam, uitg. Bert Bakker, 1985
Voor claims van een andere stad, zie:
http://www.erasmusgouda.nl/
Geen opmerkingen:
Een reactie posten