maandag 2 februari 2009
Kade
Wij stonden bij de zee, en inderdaad,
de kade gaf dat gevoel van een kade.
Nog één keer iets zeggen, dat gezicht
zien, die stem horen, iets zeggen,
ach god, dat soort heimwee, nog voor
het zover is, we stonden daar maar.
Waar zijn we, zei ze. Hier, zei ik,
dit is de zee,
en achter ons in het land wonen nog
de mensen en graast het vee.
Maar alleen haar voeten kenden deze
wereld nog, haar voeten dwaalden over
al dat water, alsof ze alleen daar
zocht naar haar herinneringen, alleen
daar, en ik, ik zocht in haar gezicht,
het keek mij aan, grijs en eindeloos
als de zee zelf
RUTGER KOPLAND
Uit: Rutger Kopland Geduldig gereedschap, Amsterdam,Van Oorschot, 1993
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten