Mischien word ik water (2)
Er is de zee en daar loop je weer,
Dood tij, noodwater, de oesters οp de tong. Zilt van vroeger, spoelwijn. Je spuugt, Gorgelt jaren en het schelpenpad wordt wit.
Misschien word ik water, zout,
Of as ίn de zandkleurige dood van
Mijn vrienden. Mayonaise de la Flandre, De garnalenkroketten, de tongen
De tonen, de Duvels. Den Hugues Moet naar de kapper. Zijn haar is
Van whisky, zijn stem is een doodskist, Zijn kont zit genageld aan de grond.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten