GESCHENK
(Dar)
Hoe gelukzalig deze dag.
De mist trok vroeg op, ik was bezig in de tuin.
Kolibries hingen stil boven de bloem van de kamperfoelie.
Er was op aarde geen ding dat ik zou willen hebben.
Ik kende niemand die het waard was te benijden.
Welk kwaad was geschied, was ik vergeten.
Ik schaamde me niet te denken dat ik was wie ik ben.
Ik voelde in mijn lichaam geen enkele pijn.
Toen ik overeind kwam, zag ik een blauwe zee en zeilen.
Berkeley, 1971
© Czesław Miłosz
- vertaling uit het Pools: Karol Lesman -
In: Karol Lesman (samenst. en vert.) Heb medelijden, tijd. Poolse poëzie van de twintigste eeuw.
Leiden, Plantage, 2003
In de vertaling van Gerard Rasch ook in: Miłosz, Gedichten - Amsterdam/Antwerpen, Atlas, 2003.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten