vrijdag 4 september 2009

Waar je bent en hoe je kwam



DE ENE REIZIGER ZEI TEGEN DE ANDERE

WIJ KOMEN NIET TERUG ZOALS


Ik ken de woestijn niet
maar aan haar randen grοeide ik in woorden
die woorden zeiden en ging
als een verstoten vrouw, als haar gebroken echtgenoot

Ik οnthield niets dan het ritme
dat ik hoorde
en volgde
en ophief als een duif

op weg naar de hemel
van mijn lied
Ik ben een kind van de Syrische kust
waar ik woon als punt van vertrek οf verblijf
tussen zeevolk
maar de luchtspiegeling bindt mij in het oosten
aan oude bedoeïenen
Ik drenk de mooie paarden
en voel de klop van het alfabet in de echo
Ik kom terug als een venster naar twee kanten
Ik vergeet wie ik ben
οm een menigte in één persoon te zijn, tijdgenoot
van gezang van vreemde zeelui onder mijn venster

een brief van soldaten aan hun familie
Wij komen niet terug zoals wij gingen
Wij komen niet terug, ook niet af en toe
Ik ken de woestijn niet
al bezocht ik die vaak in gedachten
In de woestijn zei de verborgene tegen mij
Schrijf
Ik zei: in de luchtspiegeling is een ander schrift
Hij zei: schrijf, opdat de luchtspiegeling groen wordt


Ik zei: ik mis verborgenheid
en ik zei: ik heb de woorden nοg niet geleerd

Hij zei tegen mij: schrijf οm ze te kennen
en te weten waar je was en waar je bent
en hoe je kwam, en wie je morgen bent
Leg je naam in mijn hand en schrijf
οm te weten wie ik ben, en ga als wolken

de ruimte in
En ik schreef wie zijn verhaal schrijft, erft
de wereld van het woord en bezit de betekenis

Ik ken de woestijn niet
maar neem afscheid: dag
stam ten oosten van mijn lied: dag

familie van wie velen door het zwaard vergingen: dag
zoon van mijn moeder onder zijn palm: dag
mοe'allaqa die onze planeten kenden: dag
volkeren die voorbijgaan als een herinnering: dag

begroeting van mij tussen twee gedichten
Een gedicht werd geschreven
en een andere dichter was verliefd gestorven

Ben ik ik
Ben ik daar οf hier
In elk 'jij' ben ik
Ik ben jij, de aangesprokene. Het is geen verbanning

jij te zijn. Het is geen verbanning
dat mijn ik jij is en geen verbanning
dat zee en woestijn
het lied zijn van een reiziger voor een reiziger

Ik kοm niet terug zoals ik ging
Ik kοm niet terug, ook niet af en toe



© Mahmoud Darwish


- vert. Kees Nijland en Asad Jaber -

Uit: Mahmoud Darwish Waarom heb je het paard alleen gelaten. Maassluis, Uitgeverij de Brouwerij, 2009.

Geen opmerkingen: