donderdag 5 augustus 2010
Formules & Gebeden
KLACHT VAN EEN SPITSMUIS (GEMUMMIFICEERD)
Om zich zonder gekruimelde kennis van fenol, zandland of eigen bontvelsituatie
toch te kunnen handhaven in de natronkoker naast de loden valk die zich Horus noemt.
Om de levenskracht te behouden terwijl onze kinderen sterven met gebogen knieën
in het hete zand waarna de slakbuikjes door de lijfjes gaan zweven.
Om zich voor de poorwachters te kunnen identificeren in de wikkels van linnen
met hars en met papyrus prijskaart waarop geschreven wiens spitsmuis men was.
Om de koningin Notmit van de lijnzaad-dynastie eraan te herinneren dat ik
onder haar troon woonde en weggedrupte bijenwas at rond haar vuurstenen voeten.
Om de valk die naast mij stinkt en zegt Horus te zijn, niet te hoeven voeden
met mijzelf, ook hooggeboren, al lig ik in bitumen en niet in koninklijk lood.
Om te maken dat mijn spitsmuisziel terugkeert in mijn kleine lijf, mijn gevoelige slurf
het leven hergeeft, mijn ogen opent en mijn weggevreten oren aanlijmt.
Om te ontdekken of de ruimte waarin ik mij bevind, donker is, muskusgeurend,
slakdik en of er spitsvreugde is, uitgedrukt in de vorm van Canopische keutels.
Om de oudzweet tapijtplooi, die mijn lijf geworden is, te verzachten en te verfraaien
met mijn in turnstand achterwaarts gerichte poten en mijn afgebroken staart.
Om te beseffen dat ooit in de toekomst mij iets zal verassen, zoals een rijk korstmos,
en dat niet alle glorie vanzelf de valk toevalt, die mij om weinig jaloers beziet.
Formules,
formules.
Ik ben ik formules gewikkeld, opgewaardeerd met gebeden. Alles ijdel. Geen fractie
van Horusactie. Geeft mij de herinnering aan hoe ik was. Geef mij mijn portret
op de buitenste spitsmuisverpakking, onbereikbaar achter de stroken gebedsinkt.
Hoe verlang ik mijn dappere glimlach te zien, mijn snorharen, mijn pientere ogen.
© Tomas Lieske
Uit: Tomas Lieske Stripping en andere sterke verhalen. Amsterdam, Querido, 2002
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten