zondag 20 februari 2011

Misschien getuige


KLEIN MOGADISHU





Raar maar
waar is alles gebleven waar we van droomden – is alles uiteindelijk toch maar
een hoop vet van een stoel in een afvoergeul glijdend?

Uit de plooi in het normale puilt materie: vrouw
met de armen rond de buik geslagen, buiten zichzelf geschud
op de vloer van een bankkantoor. Erboven een hoofd, geduwd
in een Mickey Mouse-masker. De man heeft de loop afgezaagd
van de dingen: gulpende kern onder de handen van de vrouw,
knipperlichtogen, rode vinger op zoek naar de alarmknop.

Men beweert dat materie bestaat
uit leegte, als hij al bestaat. Of dat de dingen niets meer zijn
dan mogelijke bewegingen van het bewustzijn, neuronenwindingen
waaruit vonken opspatten.
Een tepel trekt samen op de borst
van de vrouw. Een vlek vormt een plas
kloppend als een kinderhart. Een vlies trekt over de leegte
onder de hand van de vrouw, verhardt
tot een ruggengraatje.
Misschien zijn we getuige, misschien medeplichtig,
misschien zijn we ons leven anders aan het dromen, maar we knielen bij de vrouw
als betuigen we eer aan een wonder. Hoofdje, schouders, materie
in onze handen. De glazige navelstreng. We voelen ons menselijk.

Na de feiten trekt betekenis terug in de dingen. Het masker lost op
en de man loopt achterwaarts het bankkantoor uit. De plas kruipt
in de vloertegels. De vrouw komt moeizaam overeind. We rapen

een brandende sigaret van het trottoir en elke keer als we zuigen
wordt de sigaret langer. We stappen in een auto en rijden naar huis.
We worden liefdevol gekust.

Niet langer dan een seconde zijn we ons
van geen kwaad bewust.



© Peter Verhelst




Uit: Peter Verhelst Nieuwe sterrenbeelden, Amsterdam, Prometheus, 2008

Geen opmerkingen: